9 Verzuimwaarheden

Ziet jouw organisatie ze al onder ogen?

 

1. Verzuimproblemen zijn vaak veel groter dan de officiële cijfers laten zien

Statistieken zijn zo betrouwbaar als de rapportages waarop ze zijn gebaseerd. Veel organisaties rapporteren en administreren om allerlei redenen veel minder verzuim dan ze in werkelijkheid hebben. De meest fundamentele is dat het reële verzuimpercentage afbreuk doet aan het gewenste beeld en dus een onwelkome boodschap vormt voor leidinggevenden, management en aandeelhouders of politiek verantwoordelijken.

2. Het meeste verzuim heeft geen medische oorzaak

Dit wil niet zeggen dat er niets aan de hand is, dat er geen medische gevolgen kunnen zijn of dat de schuld voor verzuim bij de werknemer ligt. Het is een logisch gevolg van een fundamentele keuze bij de inrichting van ons stelsel. Namelijk om werkgevers verantwoordelijk te maken voor ál het verzuim, ongeacht de oorzaak. Dus niet alleen verzuim waarvan de oorzaak in het werk ligt (‘risque professionel’) maar ook verzuim met alle mogelijke andere oorzaken (‘risque social’).

3. In het huidige stelsel zal preventie het verzuim nooit volledig oplossen

Dat de oorzaak buiten het werk kan liggen, betekent dat werkgevers niet altijd in de positie zijn om deze met preventieve maatregelen weg te nemen. Dit is wel het geval bij door het werk veroorzaakt verzuim. De wet maakt de werkgever verantwoordelijk voor het voorkomen van gezondheidsschade door het werk en erkent zijn zeggenschap over de organisatie ervan. Bij niet-werkgerelateerde oorzaken ontbreken deze elementen en zijn de mogelijkheden dus beperkt. Het toch willen wegnemen van álle mogelijke oorzaken veronderstelt een almacht die niet realistisch is.

4. Veel investeringen van werkgevers in preventie zijn ineffectief

In reactie op hun beperkte zeggenschap over niet-werkgerelateerde verzuimoorzaken maken veel werkgevers de werknemer probleemeigenaar. Dit gebeurt door ten aanzien van gezondheid, vitaliteit en inzetbaarheid eigen regie van werknemers te stimuleren. Het effect is vaak gering omdat de organisatie bij de uitvoering van het werk juist weinig ruimte geeft voor eigen regie, of deze zelfs ontmoedigt. Ook gaan de investeringen ten koste van aandacht voor werkgerelateerde oorzaken waar de werkgever directe invloed op heeft. En waarbij hij dus veel effectiever preventief kan optreden.

5. Investeringen in eigen regie van werknemers zijn vaak zelfs contraproductief

Is er weinig ruimte voor eigen regie in het werk maar verwacht de werkgever die wél ten aanzien van gezondheid, vitaliteit en inzetbaarheid, dan is dat een recept voor frustratie. Gaan de inspanningen ook nog ten koste van aandacht voor werkgerelateerde verzuimoorzaken, dan ontstaat een situatie waarin de pot de ketel verwijt dat hij zwart ziet. De werkgever verspeelt zo al het krediet dat nodig is om zinvol in gesprek te gaan over zowel buiten als binnen het werk gelegen verzuimoorzaken.

6. Werkgevers betalen altijd de rekening

Individueel verantwoordelijk voor loondoorbetaling, begeleiding en re-integratie bij verzuim (tot 2 of bij een loonsanctie 3 jaar). Collectief of (deels) individueel verantwoordelijk voor de uitkering bij gedeeltelijke arbeidsongeschiktheid (tot 10 jaar). Collectief verantwoordelijk voor de uitkering bij volledige arbeidsongeschiktheid en bij gedeeltelijke arbeidsongeschiktheid na de eerste 10 jaar (tot de AOW-leeftijd). Ons stelsel voor verzuim en arbeidsongeschiktheid laat werkgevers altijd de rekening betalen, het enige dat varieert is of ze individueel of collectief worden belast. En vergis je niet: dit geldt ook voor noodgrepen wegens falende overheidsuitvoering, zoals WIA-voorschotten en de tijdelijke regeling WIA 6-plus. De oplopende kosten liggen nu al op zeker € 2 miljard per maand (!).

7. Het aanpakken van verzuim is effectiever dan pogingen om het te voorkomen

Dit is geen oproep om niets meer aan preventie te doen, maar een erkenning van het feit dat je een uitslaande brand niet oplost met een rookmelder. Het verzuim is momenteel zo hoog opgelopen dat organisaties het grootste financiële voordeel boeken als ze het effectief weten aan te pakken. Dat wil zeggen: per organisatie of per dossier analyseren wat er aan de hand is en op doordachte wijze aan de slag gaan om werknemers weer aan de slag te krijgen, in hun eigen of in ander werk. De opbrengst in kapitaal en inzichten is vervolgens te gebruiken voor het wegnemen van werkgerelateerde verzuimoorzaken.

8. Artificial intelligence (AI) gaat het probleem niet oplossen

Voor AI geldt hetzelfde als voor statistieken: de uitkomsten zijn zo betrouwbaar als de onderliggende rapportages. Bovenal heeft AI echter een voor re-integratie cruciale beperking. Met de juiste sturing kan AI je zeker vertellen wat je moet doen om een verzuimuitdaging binnen maatschappelijke en wettelijke normen op te lossen. Maar niet hoe je de oplossing in deze specifieke situatie zodanig aan alle belanghebbenden kunt presenteren dat zij instemmen. Dat is mensenwerk, gebaseerd op interactie en opgebouwd vertrouwen tussen personen van vlees en bloed.

9. Vaardigheden zijn belangrijker dan kennis

AI maakt kennis in zekere mate relatief. Dat wil zeggen: er zal altijd kennis nodig zijn om AI op de juiste wijze te voeden en bij te sturen. Bovenal zijn echter vaardigheden nodig om er verantwoord mee om te gaan. De vaardigheid om uitkomsten te interpreteren en alert te zijn op de beperkingen van de onderliggende gegevens. En de vaardigheid om in complexe situaties met grote belangen het vertrouwen van personen van vlees en bloed te winnen en tot een gedragen oplossing te komen. Wie zich louter op basis van kennis verzuimprofessional noemt, miskent een essentieel deel van het vak.